De vulkaan die we beklimmen barstte voor het laatst in 2005 uit. De gids legt uit dat de Galapagos-eilanden gelegen zijn op de plaats waar tektonische platen uit elkaar schuiven, en dat dat verklaart waarom de vulkaan zo een grote caldera heeft: wel 10 kilometer in doorsnede. Uitbarstingen gebeuren om dezelfde reden ook eerder naar de buitenkant, zodat de caldera nog verder groeit. Wij wandelen via de zuidkant naar boven. Daar is al lang geen uitbarsting meer geweest, en daardoor is er behoorlijk wat vegetatie. Bovendien is het mistig - niet speciaals te zien dus. Wanneer we boven aan de caldera aankomen, klaart het gelukkig op: fijn, want zo zien we duidelijk de donkere stromingen van de uitbarsting van 2005:
Helaas, mijn telefoon was niet erg geschikt om hier impressionante foto's van te maken. Je ziet echter de lavastroom duidelijk over de caldera plooien en zich beneden uitspreiden.
Een kaart met de lavastromen uit 2005 (bron)
We wandelen verder naar de noordkant, waar we langs de buitenkant een stuk naar beneden wandelen. Ik ben erg onder de indruk: in het begin is er nog wel wat vegetatie, maar hoe verder we naar het noorden trekken, hoe recenter de uitbarstingen (ik ben vergeten over welke we wandelden, maar geloof dat we tot op de lavastromen van 1979 wandelden - dus niet tot op die van 2005), en hoe ruiger het landschap. We wandelen over lavatunnels en langs diepe gaten; over gruis en dan weer gladdere stukken. Je ziet de stromen zich letterlijk een weg door het landschap banen, tot helemaal beneden aan de oceaan. Ook de kleuren zijn spectaculair: naast het zwarte vind je ook allemaal tinten rood en bruin (grrr... wilde dat mijn camera niet kapot was gegaan).
Aan het begin van de afdaling. Hier is er nog vegetatie, hoewel al heel wat minder dan aan de groene zuidkant.
Een baai op de achtergrond
Deze foto (van het internet) geeft een beter idee van de rijkdom aan kleuren (bron)